Achteloos volgt ze de modderstroom. Zigzaggend over het dalende pad. Mollige kuiten in roze regenlaarsjes, de kap van haar groene regenjas strak over het hoofd. Glunderend kijkt ze achterom. De ondeugd straalt van haar bolle toet. De sporen van een onweersbui als kroon op haar vakantie. Spetteren in een plas. Een windvlaag blaast koude waterdruppels uit de bomen.
Aan het einde van het pad breekt boven het meertje de zon door het onmetelijk grijs.