opgejaagd

Wat begon als een goed voorbereide exercitie op zaterdag, werd uiteindelijk een race tegen de klok op dinsdag. De opdracht was nochtans eenvoudig. Een auto wegbrengen, eentje ophalen. Addertje onder het gras, geen van beiden beweegt op eigen kracht en nee, het was geen kwestie van even omruilen. Dus huur je een karretje en maak je afspraken. En zeg je die weer af, omdat de verhuurder van het karretje zijn afspraken niet na komt. Of eerdere huurders hun afspraken aan de verhuurder niet. Nu ja, ergens zat er wat teveel rek op de elastiek in ieder geval. Nieuw gat in de agenda gezocht, nieuwe afspraken gemaakt, karretje ophalen. Eerst even bellen of alles in orde is. Nou ja, nee, maar ik bel even en dan bel ik je zo terug. Zo teruggebeld, over een half uur is het karretje hier, kom maar halen. Karretje niet ter plaatse, slap excuus, je kunt hem zelf wel even ophalen, moet je misschien even het voorbord los boren, wacht even, is het geen ambulance, nee, het is een bakwagen met rijplaten, heeft ie dan wel een lier, want beide auto’s die er op moeten bewegen dus niet op eigen kracht. Euh, nee. Zucht. Na wat druk heen en weer bellen toch de deal dat morgenochtend het karretje klaar staat. Met een vers gemonteerde lier. Dan moet alles maar op een dag, als het verkeer wat mee zit moet dat ook lukken. En zowaar, op het afgesproken uur staat het karretje gereed. Vlug naar huis, het te verwijderen object opladen. Dat liertje trekt het maar net, maar het lukt. Goed vastsjorren en op pad. De verkeersinformatie meldt net op tijd een dikke file voorbij Antwerpen, dus hup de omleiding naar de Liefkenshoektunnel gevolgd. Nergens opstoppingen en mooi op tijd op mijn bestemming. Voertuig gelost, papieren in orde, plichtplegingen geplogen en de terugweg aanvaard. Op deze manier gaat het allemaal mooi lukken. Anderhalf uur terug sturen en een afslag eerder de snelweg verlaten, zodat ik mijn favoriete roestbak ook weer mee naar huis kan nemen. Lekker rustig in de straat, dus plaats om te manoeuvreren en te laden. Het past precies. Nog even goed vastzetten en dan ben ik nog op tijd om de aanhangwagen vandaag terug te brengen. Dat scheelt morgenochtend weer gehaast met de kinderen. Mooi. Ach zet die auto dan even daar neer, vrije parkeervakken genoeg. Nee, natuurlijk niet, blijven aandringen en onnozel gas staan geven. Alsof het dan allemaal sneller vooruitgaat. Haastig maak ik de sjorbanden vast. Alles strak, ja, combinatie even aan de kant. Daaaag mevrouw, dank u voor uw gebrek aan geduld. Losse onderdelen in de kofferbak, gauw een foto voor het nageslacht en opnieuw op weg voor de laatste korte etappe. Een kilometer verder komt die bumperklever wel erg dichtbij. Zie je wel, haastige spoed is zelden goed. En een bakwagen zonder borden heeft geen stop aan de voorzijde om de lading tegen te houden. Het hele boeltje klem op de bodem. Goed klem, dat dan weer wel. Sjorbanden herschikt en via de schaamroute door de polder naar huis. Knap sikkeneurig en druk malend over een oplossing voor het nieuwste probleem. Hoe krijg ik het ding nu weer gelost. Achteruit het pad op. Even rustig kijken, de schade valt mee, alleen de plastic kap van de lier stuk. Met een losse kettingtakel, een krik en een stapel houten balkjes, lukt het me om het vehikel zonder verdere schade terug op de aanhanger en aan de juiste zijde er weer af te krijgen. Niets zo handig als een mens, zeg maar. Een blik op de klok leert dat ik nog twintig minuten heb om de aanhanger weg te brengen. Snel alles weer dicht, vast en aangesloten. Tegen sluitingstijd arriveer ik op de stoep bij het verhuurbedrijf. ‘Alles gelukt? Nou, bijna…’

uitgewrongen

Met tranen in de ogen neemt ze afscheid van de deelnemers. Bedankt ze voor het meedoen. Voor hun inzet, hun deel van het geheel. Haar echtgenoot staat enkele meters verderop handen te schudden. De glimlach, die aan het begin van deze feestelijke avond de strijd won van de kenmerkende gespannen grimas, breder en stralender dan ooit. Eindelijk tijd voor iedereen. Eigenlijk geen tijd meer.

Vier dagen achter de feiten aangereden. Gezocht, gedraaid, gekeerd, gefoeterd en genoten. Le Citron Pressé 2012, voor niet ingewijden, de klassieke autorally voor alles Citroëngerelateerd, was weer een klein feestje en een groots evenement tegelijkertijd. Vorig jaar vertelde Gies me dat het bijna onmogelijk is om aan een buitenstaander uit te leggen waar de Pressé voor staat. Toen had ik geen idee wat hij daar mee bedoelde. Gisteren stond ik op het derde verjaardagsfeestje van mijn oudste dochter vol vuur aan mijn vrienden uit te leggen waar ik de afgelopen dagen mee bezig ben geweest. Ik zag ze genieten van mijn enthousiasme, maar tot ze doordringen deed ik duidelijk niet.

Hoeft ook niet. De Pressé is van mij. Van ons, de deelnemers, de officials en natuurlijk de organisatoren. Vier hoogdagen voor zij die hun oude Citroën nog liever afjakkeren dan dat ze er naar kijken. Honderden kilometers per dagdeel in een bijna zestig jaar oude auto. Zoekend over de kleinste weggetjes op de kaart. Verliezend van de tijd, vechtend tegen de vermoeidheid. Het is een tweestrijd tussen sport en gezelligheid. Hard werken, heel hard buffelen, als ultieme ontspanningsvorm. Het is zo’n evenement waar je niet maar een keer aan mee kunt doen. Het kruipt onder je vel en blijft daar zitten. Goedaardig, volhardend, verslavend. Nog voor het is afgelopen betrap je jezelf er op al plannen te maken voor de volgende keer.

Met tranen in de ogen verontschuldigt ze zich voor de ontberingen, de kleine omissies. Haar echtgenoot schudt grijnzend handen… Sees, Gies, het zal wel even stil zijn na de afgelopen dagen, weken, maanden. Geniet er van. Heb ik, hebben wij, ook gedaan. Van de rally, van het deelnemersveld, van het traject en van al het harde werk van jullie en jullie team. Ik ben nieuwsgierig wat er volgend jaar uit de hoge hoed zal komen. Er is maar een manier om daar achter te komen…

duracelhaasje

Meewerken aan een groot automerkgericht internetforum heeft zo zijn prettige kantjes. Afgelopen weekend had ik de beschikking over de eerste Citroën DS5hybrid4 in Nederland. Mijn eerste schreden op het pad van de autojournalistiek? Een balanceeroefening tussen leuk en interessant.

Citroen DS5hybrid4


‘Een witte..?’ De lezer herinnert zich vast deze weergaloze reclameclimax van een aantal jaren geleden. Het is misschien geen lot uit de loterij, zomaar vijf dagen de sleutels van een knallend witte DS5hybrid4 op zak hebben, maar het is voorwaar geen straf. Daar doe ik mijn eigen naaikamertje met plezier een paar dagen voor op slot.

De styling van de DS5 is in mijn ogen voorlopig de meest geslaagde in de premium-lijn van Citroën. Net iets minder druk getekend dan de kleinere broertjes, iets ranker, misschien zelfs wat volwassener. Een mening gebaseerd op plaatjes, die in het echt alleen nog maar wordt gesterkt. Vooruit, als je er naast staat lijkt hij wat minder gestrekt dan op de foto’s, maar dat stoort geen moment. Zoals alle DS-modellen heeft ook de ‘5’ een overvloed aan detailering in het exterieur. Ga je daar op letten, dan lijkt het snel te veel, maar ik ben er van overtuigd dat het geheel als som van de delen een stuk minder geslaagd zou zijn zonder al die lijntjes, lipjes en deukjes in de carrosserie. Binnenin is dat een wat ander verhaal. De vormgeving is wederom erg geslaagd, je voelt je meer dan welkom achter het stuur. Toch is het geheel in mijn ogen wat te druk en onoverzichtelijk. Je vind de knopjes op de gekste plekken, waardoor de indruk ontstaat dat de ergonomie het onderspit heeft moeten delven voor het design. Het lijkt wel alsof er echte Citroëngenen in zitten.

Vrijwel geruisloos laveer ik de witte schicht de parkeerplaats af. De keuzeselector staat op automatisch en zonder dat ik het voel komt zacht brommend de dieselmotor een deuntje meezingen. Even wennen. Aan het formaat van de DS5, de automaat, maar vooral aan het gebrek aan hoorbare respons uit het vooronder. Het is een beetje levenloos allemaal. Tot de gang er een beetje inzit, dan rijdt het net als elke andere moderne auto. Stil en moeiteloos. Niet gewend aan dergelijke luxe kost het me even moeite om wegwijs te worden uit de vele bedieningselementen die de cockpit biedt. De radio krijg ik aan, al verdwaal ik daarna in de voorkeuzemenu’s. Te nieuwsgierig draai ik de eerstvolgende parkeerplaats op om zonder brokken uit te vogelen hoe de navigatie werkt en te proberen of de bluetoothapplicatie contact wil maken met mijn mobiel. ‘Lieverd, over anderhalf uur ben ik thuis’.

De DS5 is een forse auto en daar vind je ook in het interieur best wel wat van terug. De middenconsole is breed en hoog, waardoor je voorin behoorlijk ingekapseld zit. Achterin kost het weinig moeite om twee kinderstoeltjes een plek te geven. Ik denk dat er zelfs nog wel een stoeltje voor mijn ‘schoonzoon’ bij had gepast. Dat valt helemaal niet tegen. Zonder die kinderstoeltjes kan ik met mijn lengte van ruim een meter tachtig heel redelijk achter mezelf zitten. Langere mensen lopen dan wel de kans op ‘helmet hair’. Helaas ruïneert de dwars tegen de achterbank geplaatste accubak van het hybridesysteem de bruikbaarheid van de kofferruimte. Compleet gedemonteerd had de kinderwagen er vast in gepast, ik heb het maar niet meer geprobeerd.

De kinderen genieten van het uitzicht door het glazen dak, zelf zijn we vooral opgetogen over de extra ruimtelijkheid die dit biedt. Met de rollo’s dicht komt de zwarte hemel behoorlijk op je af. Het bijzondere uitzicht verziekt vervolgens moeiteloos een flitsende entrée op de paasbrunch bij opa en oma. De aandacht gaat, uiteraard geheel terecht, naar de kleindochter die zichzelf vlak voor aankomst professioneel onder heeft gespuugd. Nog een bewijs dat ze plek genoeg had, het lederen interieur van de DS5 blijft wonderwel gespaard.

Het concept van een hybride heeft zijn voor- en tegenstanders. Persoonlijk reikte mijn ervaring niet verder dan een korte proefrit in de geijkte Prius, dus een heel gefundeerde mening had ik hier niet over. Deze vijf dagen met de hybrid4 hebben daar niet veel verduidelijking in gebracht. De eerste indruk is er een van heel veel mooie maar overbodige technologie. Mooi speelgoed, maar levert het nu werkelijk iets op? Na een paar dagen ga je die techniek wat meer waarderen. Het werkt feilloos en vooral bijna onmerkbaar. Onwillekeurig kies je er toch steeds voor om op tenminste een van de displays een diagram tevoorschijn te toveren dat aangeeft welke krachtbron en energiestroom er op dat moment wordt gebruikt. Daaraan merk je dat de computer goed weet waar hij mee bezig is. Een beetje meer gas bij het uitkomen van een bocht en het systeem zet de elektrisch aangedreven achterwielen in voor net dat beetje extra baanvastheid. Gas los en de elektromotoren leveren stroom aan het accupakket. Het is een beetje een kermis, maar het werkt wel. Of het ook werkt waar het werkelijk voor bedoeld is, het verminderen van het verbruik en de uitstoot, daar durf ik niet meteen bevestigend op te antwoorden.

De DS5hybrid4 is een gewichtige automobiel. Al die technologie maakt hem verre van lichtvoetig. De indruk ontstaat met een wat logge auto op pad te zijn. Een omschrijving die absoluut niet past bij het dynamische uiterlijk en de profilering van deze auto. Tot je de selectieknop naar het standje ‘sport’ draait. Onmiddellijk reageert de auto fel en gretig. Het is bijna Dr. Jekyll en Mr. Hyde. Zonder tegenstribbelen trekt het systeem ver door in de versnellingen. Verrassend vlot en sportief voor zo’n grote zware auto. Zo zou je hem eigenlijk de hele tijd willen rijden. Op het scherpst van de snede. Profiteren van die elektrische achterwielaandrijving om hem genadeloos door de bocht te hoeken. De lekkere ronk van die gretige diesel die je moeiteloos naar illegale snelheden sleurt. Maar hmm, wat was ook alweer de insteek van zo’n hybride..?

Nog twee stations en dan kan ik instappen in onze eigen kinderverslinder. De DS5hybrid4 heb ik achtergelaten bij de importeur op het Stadionplein in Amsterdam. Ontdaan van kinderzitjes, xylofoon en magic tekenbord. De zilverpapiertjes en restjes chocolade-ei netjes opgezogen en de voetsporen van de achterkant van de voorstoelen gepoetst. Het was een mooi weekend met een indrukwekkende auto. Een auto die vooral weet te overtuigen met zijn vormentaal. Mooi en bruikbaar tegelijkertijd. Een auto die mij vooral nieuwsgierig maakt welke stap de volgende is in de zoektocht naar meer prestaties voor minder energie.

(Het originele artikel vind je terug op citroen-forum.nl)